Och, een van die ochtenden waarop manlief zegt: ‘Blijf maar liggen, ik laat de honden wel uit’. Hoe zoet. Als ik lekker ben weggedoezeld trilt ineens de aarde, of tenminste mijn bed.
Onze slaapkamer is beneden en Kyra heeft dat ontdekt. Zij duwt haar ‘verrukkelijke’ boxersnoet in mijn gezicht, terwijl er twee warme lijven synchroon op mij ploffen. Oef. Puk en Lotte. Snel trek ik het beddengoed over mijn hoofd en steek m’n handen uit. Daar mogen jullie aan likken als het dan zo nodig moet. Ineens voel ik een natte knuffel tegen mijn hand. Ahh, George met zijn smurf. Dan kan Teddy niet achterblijven met geschenken en komt met een heel schapenvacht aanzeulen. Waar heb je die vandaan!? Dank je, Teddy. Fijn. Voor mijn gevoel uren later wordt ik eindelijk ontzet door mijn man: ‘Oh, hier zijn ze, ik dacht al, wat heb ik weinig honden mee. Haha, ik had de keukendeur open laten staan. Haha’. ‘Ja, schat. Leuk’.